Nationale Militie - Geneeskundig Onderzoek
Handleiding tot de leer van het Militair Geneeskundig Onderzoek
§ 7. Reglementen op het visiteren
Het goedkeuren, afwijzen en afkeuren geschiedt niet volgens het willekeurig oordeel van de geneeskundigen, die met eene visitatie zijn belast, maar is in de meeste Landen van Europa daartoe een algemeen rigtsnoer gegeven in de bij Wet of Besluit voorgeschrevene Reglementen op het visiteren van manschappen.
Daarin zijn bepaalde voorschriften bevat omtrent de ziekten en gebreken, welke eene volstrekte ongeschiktheid, of slechts een betrekkelijk onvermogen voor de dienst medebrengen. Deze verschillen voor dienstpligtigen of lotelingen, en voor vrijwilligers. Eenige zijn bestemd zoowel tot het aannemen als tot het afkeuren; in andere worden voor beide afzonderlijke bepalingen aangetroffen. Sommige gebreken worden daarin aangeduid, die vóór het definitief besluit, in de militaire Hospitalen nader moeten worden geconstateerd; andere, van welke daar vooraf de ongeneeslijkheid moet zijn gebleken.
Hoe schijnbaar volledig deze voorschriften ook kunnen worden gemaakt, dikwijls blijft er in bijzondere gevallen eenige twijfel bestaan, daar er verscheidene toestanden voorkomen, van welke het niet met zekerheid kan worden bepaald, of zij ais ware gebreken moeten worden aangemerkt, dan of men ze beschouwen mag als nog binnen de grenzen der gezonde vorming te zijn gelegen 1). Ten deze moet steeds iets worden overgelaten aan de gemoedelijke overtuiging van den geneeskundige, aan zijn weten en geweten. Men vrage zich dan: is de misstand niet te groot, is de verrigtings-stoornis onbeduidend? Kortom, kan de man met de bestaande afwijking zijne dienst als soldaat in allen deele goed verrigten 2).
Aanmerking. Het bij ons in gebruik zijnde Keurings-reglement zoo voor de Landmagt als voor de Marine, alsmede de op bijzondere keuringen betrekking hebbende nadere Aanschrijvingen, zijn opgenomen in het aanhangsel aan het slot van deze Handleiding.
Noten bij dit artikel
1) Dit is bijvoorbeeld het geval met kleine, niet vastzittende, niet hinderlijke likteekens, op ligchaams-deelen, waar zij niet aan openbreken zijn blootgesteld. Met sommige teleangiëctasien in het aangezigt. Met strabismus in geringen graad en zonder complicatie. Met omschrevene dunharigheid, zonder huidziekte of algemeene kwaadsappigheid. Met geringe varicositas, zich alleen tot een klein gedeelte van de huid of kleine onderhuidsche aderen bepalende. Met onbeduidende misvormingen van sommige teenen.
Met het verlies van enkele tanden, enz. enz. Wanneer men, om deze en vele dergelijke kleinere afwijkingen van de norma, alle vrijwilligers, zonder vorm van proces, voor de dienst ongeschikt verklaren wilde (gelijk sommige Gezondheidsofficieren zulks op grond der slot-paragraaf of algemeene Aanmerking van het oude Keurings-reglement wel eens hebben opgevat, omdat daar wordt gesproken van "vrij te zijn van alle zigtbare ligchaamsgebreken"), zoo zou door zulk een absolutisme aan de getalsterkte der staande armée eene, onzes inziens, niet te regtvaardigen, afbreuk worden gedaan, vooral in een Land als het onze, waar de lust in de Krijgsdienst althans bij de mindere volksklasse niet sterk is uitgedrukt.
2) Dit is inzonderheid noodig in die Staten, waar de Off. v. Gez. wettelijk mede moet bepalen, voor welk wapen de man nog geschikt is; bijv. in Beijeren; de visitatiecommissie aldaar geeft haar resultaat op in de 5 volgende rubrieken: "untauglich; zeitlich untauglich; zu allen Waffengattungen tauglich; nur zum Fuhrwesen tauglich; zur Beobachtung ein zu reihen" (Eckart). Zie verder § 12.

§ 6. Uitslag van het onderzoek | Inhoudsopgave | § 8. Aanteekening van ligte gebreken |
