Nationale Militie - Geneeskundig Onderzoek
Handleiding tot de leer van het Militair Geneeskundig Onderzoek
§ 117. Tuberculosis pulmonum
d). Tuberculosis pulmonum. - Hoewel bij deze ziekte, op het hedendaagsche standpunt der wetenschap en der diagnostiek, bezwaarlijk misleiding van het geneeskundig oordeel kan worden verwacht, moet men desniettemin bij het keuren van vrijwilligers en het behandelen van zieke militairen, op de mogelijkheid der pogingen daartoe steeds bedacht zijn.
Vooreerst is dissimulatie, - zoo door het verzwijgen van erfelijken aanleg en al wat tot de anamnese behoort, als door het ontkennen van bestaande subjectieve verschijnselen (bijv. pijn in de borst), en door het tegenhouden van objectieve (bijv. hoest), - bij dienstzoekenden niet zoo geheel zeldzaam. Deze levert intusschen in den regel weinig bezwaren op, althans wanneer men behoorlijk acht slaat op de teekenen der z. g. architectura phthisica, en men een goed gebruik weet te maken van de diagnostische hulpmiddelen, die ons hier ten dienste staan en aan welke wij reeds bij het algemeen onderzoek der borst hebben herinnerd. (Zie terug § 113). 1)
In de tweede plaats, kan het tegendeel daarvan, nabootsing en vooral exaggeratie, insgelijks worden beproefd. Ofschoon binnen zekere grenzen bepaald, zijn daardoor soms goede gevolgen door simulanten verkregen, en is het niet te ontkennen, dat men hier op veelsoortige wijze om den tuin kan worden geleid. Wij durven zelfs stellen, dat althans het simuleren van "zwakborstigheid" gemakkelijk plaats kan vinden, namelijk door personen, die toevallig meerdere uitwendige verschijnselen in zich vereenigen, welke ook bij tuberculose worden gevonden 2). Immers, indien jonge lieden van een tenger gestel, van eenen ranken ligchaamsbouw, met een langen hals, met eene min of meer misvormde borstkas, inzonderheid kort na het doorstaan van eene of andere acute koorts-ziekte, zich ten deze tot bedriegerij mogten willen leenen, zou men, bij een overijld oordeel, al ligt op een dwaalspoor kunnen geraken. De aanleiding daartoe zal des te grooter worden, wanneer de zoodanigen bij toeval leden aan verkoudheid, wanneer zij sporen droegen van vroeger ondergane aderlatingen, van bloedige koppen of bloedzuigers, of likteekens van Spaansche vliegen op de borst (welk een en ander ook met opzet zou kunnen gevormd zijn). Voeg hierbij de mogelijkheid, dat eenige objectieve verschijnselen werden nagebootst, bijv. aanhoudend kugchen; heesche stem; opgeven van sputa (natuurlijk door het uitwerpen van verdikten muco-pus uit den neus; kunstmatig door een ruim gebruik van expectorantia, in verband met het eten der fructus Fici cum syrupo communi, enz.); vermagering, met eene bleeke gelaatskleur (door onthouding van alimenta, inwendig gebruik van catharctica, gemis van somnus en quies, of door excessus). Bedenk verder, dat ook de subjectieve bevinding hier bedriegelijk kan worden opgegeven; bijv. door onophoudelijk te klagen over dolor pectoris, over dyspnoea, over prostratio virium, etc., - zoo zal dit beeld wel reeds meer dan voldoende zijn, om te doen opmerken, hoezeer men bij eenen zoodanigen, of althans bij eenen analogen zamenloop van omstandigheden, voorzigtigheid en doorzigt in zijne oordeelvelling behoeft, om daardoor niet te worden bedrogen. Dit te meer, daar misvatting en dwaling van onze zijde hier noodlottig zou kunnen worden voor den vermeenden lijder. Alle overhaasting van besluit zij dus ook hier verre van ons 3) terwijl het positief onderzoek der borst-organen in zulke gevallen zoo naauwkeurig mogelijk en bij herhaling moet worden ingesteld 4).
Voor het opmaken der diagnose zelve verwijzen wij (behalve naar § 113) naar de speciële pathologie; alleen voegen wij hier, ter opheldering en ter voorkoming van dwaling, nog twee opmerkingen bij: eerstens, dat wij bij gesimuleerd borst-lijden menigmalen eene overdrevene begeerte naar medicijnen hebben waargenomen; het aanhoudend vragen naar drop of andere zoetigheden, het schijnbaar begeerig zijn naar bloedzuigers, Spaansche vliegen, voetbaden, enz., groote tegenzin om het bed te verlaten en dergelijken, zijn bij ware tuberculose der longen op verre na zoo sterk niet uitgedrukt; - integendeel bij deze ziet men veeleer den waren toestand geheim houden of vergoelijken. Ten tweede dat men, bij het physisch-chemisch onderzoek der sputa (opsporing van veerkrachtige long-vezelen, etter-proeven, enz.), in zoodanige twijfelachtige gevallen bedacht moet wezen op de mogelijkheid van grove misleiding ten deze, daar het ons en andere Offic v. Gez. gebleken is, hoe de militaire kameraadschap zich hier zóó verre kan uitstrekken, dat de sputa van wezenlijke borstlijders in het kwispeldoor van den simulant kunnen worden vertoond!
Wat de herstelling, door dwang, bij wel bewezen bedrog, aanbelangt, zoo zijn hier geene andere regelen op te volgen dan de algemeene. Alleen zijn onder de onaangename geneesmiddelen de z.g. "monster-vesicatoria" op de borst, hier soms aan hunne regte plaats. Ook kunnen herhaalde kleine moxae bijzonder aan gewezen zijn, te meer daar deze ook bij ware tuberculose door sommigen zeer worden geprezen 5).
Noten bij dit artikel
1) Alleen ter herinnering vermelden wij daarbij: de fijne huid, met sterk doorschemerende aderen, vooral op de borst; de sterke beweging der neusvleugels; den langen hals; het ingevallen zijn der ondersleutelbeen-streek; de uitstekende schouderbladen; de platte borstkas, met wijde tusschenribbige ruimten; de lange magere armen, met dunne, sterk uitpuilende vingerkootjes en omgekrulde nagels. Hierbij lette men verder op den doffen klank bij de percussie; op het bronchiaal-ademen en het versterkte ademhalingsgeruisch der uitademing bij de auscultatie; op de vermindering van den bovensten perimeter der borstkas; op de geringe respiratie-capaciteit bij beproeving met den spirometer; enz.
2) Wel is waar, zijn hiervan slechts enkele voorbeelden beschreven, doch het staat bij ons vast, dat bedriegerij hier gewis in meer gevallen is geslaagd, dan wel algemeen wordt geloofd.
3) Uit dien hoofde is het hier geheel verkeerd, dat dikwijls reeds terstond, bij het eerste geueeskundig onderzoek voor de Militie-raden, over deze belangrijke, doch in den aanvang dikwerf zoo duistere kwaal, eene beslissende uitspraak wordt gedaan! Het constateren in eene militaire zieken-inrigting was hier voorzeker als algemeenea regel verkieselijk. Men heeft dan ook tijd en gelegenheid, om over erfelijken aanleg, vroegere ziekten, vorig beroep, enz., officiële opheldering bij de Gemeente-besturen in te winnen.
4) Intusschen moet, onder de diagnostica, hier bij lotelingen vooral niet te veel op de resultaten der spirometrie worden achtgeslagen. Immers wanneer deze omwillig zijn (en de meesten zijn dit in zekere mate), kan men op de hoegrootheid hunner respiratie-capaciteit, als aan de willekeur onderworpen, volstrekt geen staat maken. Bij vrijwilligers bestaat eene geheel andere verhouding; bij het keuren van dezen kan de spirometer hoogst nuttig zijn.
5) Speyer verhaalt van eenen hardnekkigen pseudo-phthisicus, dien hij ten laatste, door het zetten van eenige moxac op de borst bijzonder voorspoedig had genezen.

§ 116. Pleurodynia | Inhoudsopgave | § 118. Haemoptoë |
