Nationale Militie - Geneeskundig Onderzoek

Handleiding tot de leer van het Militair Geneeskundig Onderzoek

4°). ONDERZOEK VAN DEN RUG.

§ 121. Onderzoek van den rug

Behalve de voortzetting van het visiteren der borstkas, met de daarin bevatte organen, aan haren achterwand, heeft men aan den rug in het bijzonder den stand der schouderbladen, de rigting van de wervel-kolom, en, zooveel mogelijk, den staat van het ruggemerg, te beoordeelen.

Eerstens dan valt de vleugelvormige afwijking der schouderbladen, hunne hooge, lage of ongelijke stand, hunne mogelijke misvorming (na beenbreuken) in het oog. Ten einde zich van den graad in den scheven stand te verzekeren, laat men eenen meetband of liniaal, horizontaal langs de onderhoeken der beide scapulae geplaatst, snijden door het koord van een rigtlood, dat men doet nederhangen van af den tuber occipitale of de vertebra proëminens. De beide hoeken, die ter wederzijde van de loodlijn worden gevormd, verschillen daarbij des te meer van de normale hoeken van 90 graden, naarmate de misstand grooter is. Eene analoge meting kan ook worden bewerkstelligd met den metalen hoek-meter (goniometer), voorzien van bewegelijke regthoekszijden en graadboog.

Ten tweede onderzoekt men de wervel-kolom. Zich alle misvormingen van deze te binnen brengende, betast en drukt men iederen wervel in het bijzonder, hetzij met den duim en wijsvinger, hetzij met de vereenigde vingertoppen. Hierbij geve men acht op verhoogde gevoeligheid (bij spondylitis, bij irritatio spinalis), op veranderde rigting der processus spinosi (bij spondylarthrocace), enz. Somtijds kan hier ook de percussie worden toegepast, niet alleen voor den thorax, maar ook voor de wervelen (bij aandoening van het beenweefsel zou daardoor een ongewoon matte klank worden geboren), en voor de nier-streek (bij nephritis en lumbago zeer pijnlijk zijnde). Den toestand der wervel-gewrichten en de spier-verrigting aan deze streek herkent men door den man verschillende ligchaams-bewegingen te doen maken. Wat de zijdelingsche uitwijking, de scoliosis, aanbelangt, de hoegrootheid daarvan geeft zich insgelijks door meting te kennen. Hiertoe late men het schietlood, van af een der reeds genoemde vaste punten, vrij naar beneden hangen en houde het midden van het os sacrum tot vergelijking in het oog. In zeer geringen graad bestaande, behoeft men deswegens de personen niet af te wijzen; eene zoodanige afwijking toch wordt zeer dikwijls aangetroffen, en wel bij menschen die regtsch zijn, naar de linker-zijde, en omgekeerd 1).

In de derde plaats kan, vooral in twijfelachtige gevallen, het onderzoek van het ruggemerg zelf in aanmerking komen. De plaatselijke herkenmiddelen, daartoe algemeen in gebruik (zoo als de drukking, het aanbrengen van warmte, zoo door de proef van Copeland met eene spons met heet water, of met het strijkijzer), zullen echter gemeenlijk minder licht verspreiden, dan de waarneming der stoornissen in de verrigting van dit zoo belangrijk orgaan (paralytische aandoening van de ledematen, de blaas, het rectum, enz.).

Als misleidings-ziekten zijn hier ter plaatse te noemen: lumbago, declinatio scapulae, anchylosis spinae, scoliosis, irritatio spinalis, tabes dorsalis, paralysis medullae en chorea St. viti 2).

Noten bij dit artikel

1) Men geve daarbij intusschen inzonderheid acht, of de ligte graad van scoliose hier voorkomt bij min of meer zwakke, dan wel bij robuste, goed uitgegroeide individuen. In het laatste geval heeft men geene vrees te voeden, dat de afwijking belangrijk zal verergeren, inzonderheid niet, wanneer deze in eenig verband stond met het beroep tot dien tijd toe, door hen uitgeoefend. In elk geval moet het gebrek tot- op den engagements-staat worden aangeteekend.

2) Over de hier ter plaatse genoemde, doch niet verder afgehandelde ziekten, zie men in het Aanhangsel de neuralgiae, de paralyses, enz.





Deze pagina is voor het laatst gewijzigd op: 06 March 2021.