Nationale Militie - Geneeskundig Onderzoek

Handleiding tot de leer van het Militair Geneeskundig Onderzoek

§ 136. Herniae

b). Herniae. - Ofschoon lieden met breuken behebt, in sommige Landen, voor de dienst worden aangenomen, "wanneer hunne breuken door een' breukband zijn in te houden" 1), is deze maatregel, naar ons inzien, even gewaagd voor het individu, als nadeelig voor den Staat. Er zijn intusschen enkele deskundigen, die een tegenovergesteld gevoelen huldigen, doch hunne gronden, om herniosi voor de dienst goed te keuren, wegen volstrekt niet op tegen die der meerderheid 2). In elk geval achten wij hen voor de veld-dienst geheel onbruikbaar 3).

Er zijn overigens weinige gebreken, bij welke de Offic. v. Gez. meer op misleiding heeft toe te zien. Deze kan hier van zeer uiteenloopenden aard en soort zijn, zoodat wij de mogelijke gevallen elk in het bijzonder moeten onderscheiden:

1°) Hernia dissimulata. - Ten einde hieromtrent door vrijwilligers, remplaçanten, nummerverwisselaars of reeds dienende militairen, niet te worden bedrogen, of de door hen uit onwetendheid soms niet opgegevene herniae niet voorbij te zien, moet men zorgvuldig de in het algemeen (§ 134) opgegevene onderzoekings-wijze opvolgen. Deze is in den regel reeds voldoende, om beslaande breuken te doen "uitkomen". ïntusschen is dit niet altijd het geval. Vooreerst, schijnt het ten deele in de magt van sommige personen te staan, om kleine inguinaal-breuken, tot op eene zekere hoogte, willekeurig te kunnen tegenhouden, zelfs bij het aannemen der opgegevene houding en onder de aanwending der gezegde ligchaamsinspanning. Bij dezen moet men alzoo wel toezien, of zij de hun bevolene uitademings-bewegingen (hoesten, blazen, persen) wel met genoegzame kracht in het werk stellen. Ten anderen is, ook door ons, bij overigens krachtige, gespierde en vette menschen waargenomen, dat nog ligter kleine cruraal-breuken kunnen worden over het hoofd gezien, inzonderheid daar vooral deze somtijds niet dan bij zeer lange tusschenpozen naar buiten komen 4). Wanneer in beide gevallen de herniosus niet krachtig genoeg medewerkt, en vooral wanneer hij te voren zich op de gezegde proeven heeft voorbereid ("abstinentia alimentorum, atque usu catharcticorum, quibus canalis cibarius in statu depletionis versatur"), zoo kan het gebeuren, dat de breuk niet wil te voorschijn treden.

Het is in zoodanige omstandigheden van twijfel, dat ons twee middelen ten dienste staan, waartoe de persoon in behandeling moet worden genomen, namelijk, eerstens, om hem rijkelijk te voeden, en hem dan dikwijls op verschillende tijden van den dag, doch vooral één à twee uren na het middagmaal te onderzoeken. En ten tweede, hem bij deze of andere gelegenheid, ofschoon steeds met voorzigtigheid (door de handpalm tegen de breukpoorten te houden) eenige sterkere ligchaams-inspanningen te doen verrigten; bijv. door hem, met iedere hand, eenig gewigt of liever eenen emmer met water (waarin men de hoeveelheid water, pro rato en zachtjes aan, kan doen vermeerderen) te laten optillen.

2°) Hernia ficta. - Met het doel, wegens breuk te worden vrijgesteld (in die Staten, waar personen met herniae niet behoeven te dienen), bezigden sommige simulanten, hoewel in het minst niet behebt met dit gebrek, hier de kunstgreep, om reeds langen tijd vóór de keuring, een "bracherium" te gaan dragen. Men zag ben bij het afnemen van dit werktuig, zich met angst voorover buigen, de hand op de verdichte breukplaats slaan en luide klagten uiten bij de betasting van het lies- of dij -kanaal. Hierbij werd soms ongevraagd de opmerking gevoegd: "dat de breuk niet altijd uitgaat".

Behalve door deze overdrijving, leert men spoedig genoeg de waarheid kennen door het plaatselijk onderzoek; daarbij werd men meermalen reeds op bedrog gewezen: Door den toestand der bracheria; deze, als waarschijnlijk geleend of voor versleten gekocht, vond men dan dikwijls geheel onbruikbaar, hetzij met eene gebrokene veer, hetzij zelfs zonder pop. - Door de wijze, waarop deze waren aangelegd; zoo vond men de pop naar boven gekeerd, in plaats van beneden waarts, of deze in het geheel niet op de aangegevene breuk-plaats; bijv. bij eene h. inguinalis ficta op het midden van den buik; eens zelfs was het instrument over de onderkleederen aangelegd. - Door den linkschen omgang met deze werktuigen, waarvan men zich ten duidelijkste kan overtuigen, als men zoodanige personen beveelt, hun bracherium af en aan te doen 5).

3°) Hernia imitata. - In dezelfde gevallen, en met gelijke bedoeling als sub 2°, werd de schijn eener breuk bovendien soms op één der volgende wijzen nagebootst: Door glandulae inguinales induratae, onder bijgevoegde logens over het ontstaan daarvan, voor herniae uit te geven. - Door vorming van een omschreven emphysema, door middel eener "insufflatio aëris sub tela cellulosa in inguine". - Door het willekeurig optrekken van één of van beide testiculi tot aan den annulus of zelfs tot in het canalis inguinalis 6). - Intusschen laat geen dezer drie laatstgenoemde gevallen geneeskundige dwaling toe. Gl. ing. induratae geven zich, zoo door hare vastheid als door hare geringe bewegelijkheid, duidelijk genoeg te kennen. De insufflatie laat zich, zoo door het gevoel van knettering, als door het vulnusculum cutaneum, terstond herkennen. Een testiculus retractus verraadt zich aanstonds door de ledigheid van het scrotum aan die zijde 7).

4) Hernia exaggerata. - Onder de in dienst opgenomene herniosi, ontmoet men meermalen militairen, welke zich hun gebrek onophoudelijk ten nutte maken, om wegens voorgewende pijnen in hunne breuken of wegens bezwaren, door hunne bracheria aangebragt, bijv. excoriaties (die dan zelfs met opzet kunnen gevormd zijn 8) ) vrijgesteld te worden van zware korveën of vermoeijende diensten. Tegen deze gedeeltelijke misleiding kan de Off. v. Gez. zich niet dan moeijelijk geheel vrijwaren. Alleen zorge hij ten deze slechts, niet ligtgeloovig te zijn en zoodanige manschappen nimmer alleen op hunne klagten af vrij te stellen, maar hen altijd te voren naauwkeurig te onderzoeken, omtrent den toestand hunner breuken en breukbanden. Ten einde aan het overdrijven en herhalen van geveinsde klagten eenigermate paal en perk te stellen, beproeve men hun vrees aan te jagen, door de verzekering: "dat men tot de radikale kuur der breuken of zelfs tot de breuk-snijding zal moeten overgaan" 9).

Noten bij dit artikel

1) Ook ons voor het tegenwoordige nog vigerende Keurings-regiement spreekt, voor lotelingen, in denzelfden zin. Er bestaat intusschen gegronde hoop, dat hierin eerlang door den Heer Inspecteur van de Geneeskundige Dienst der Laadmagt verandering zal worden gebragt.

2) Zij, die zich niet tegen, zelfs vóór het aannemen van herniosi verklaren, gronden zich op het zoo algemeen voorkomen daarvan, en op de mogelijkheid, dat de belanghebbenden de in de prille jeugd hunner kinderen ontstane breuken niet meer zullen trachten te doen genezen, als anderszins, Marshall voegt daarbij, dat zijns inziens, althans kleine navel- en buik-breuken, als onhinderlijk konden worden beschouwd. En Wendroth beweert zelfs, dat de veldtogt van 1813 - 1815, voor Pruissen, het bewijs heeft opgeleverd, dat herniosi, van goede breukbanden voorzien, zeer goed hunne dienst te velde hebben gedaan. [Daar te lande zijn de dienstpligtige herniosi dan ook, zonderling genoeg, alleen in tijd van vrede, tot vrijstelling geregtigd]. Nog heeft men als grond aangevoerd, dat men handswerkslieden met breuken dikwijls den zwaarsten arbeid ziet verrigten. Onder hen, die met ons, het gevoelen omhelzen, dat herniosi niet behooren te worden ingelijfd in den krijgsmansstand, en tot welke Coche, Speijer en zeer vele van onze Offic. v. Gez. behooren, heeft inzonderheid de Heer Kerst deze meening krachtig verdedigd, in het IIde Deel zijner Chirurgie, bladz. 525 tot 526. ZEd. toont aan, dat de vergelijking van den soldaten-stand met dien der meer vrije werklieden in het geheel geen steek houdt. Dat zulke militairen kostbare of dure soldaten zijn, doordien zij steeds van goede breukbanden moeten zijn voorzien. Dat deze op marschen of in campagne ligtelijk defect geraken. Dat zulke manschappen dikwijls moeten achterblijven, hetzij door wezenlijk bestaande toevallen, hetzij door voorwending (zie h. exaggerata). Dat zulke soldaten in oorlogstijd ligter dan anderen in gevaar verkeeren, om, door bovenmatige krachts-inspanning, breukbeklemming te verkrijgen en alzoo het leven te verliezen. Men kan daar bijvoegen, dat voor hen hetzelfde geldt ook in vredes-tijd, wanneer zij blootgesteld worden aan zware ligchaams-oefeningen, bijv. bij het springen, het dansen, de gymnastiek, het bajonet-schermen, enz. Vergelijk ook Repertorium, 4 Jaargang, bladz. 372.

3) Misschien zouden herniosi met kleine breuken en die goed door een band zijn in te houden, nog kunnen worden gebezigd tot enkele speciale diensten, bijv. bij de magazijnen, bakkerijen, hospitalen, kompagnie werklieden. - Herniosi ook bij Artillerie, Kavallerie of Transport-trein in te deelen, is naar onze meening, in elk geval ongeoorloofd.

4) Van een' zoodanigen dusgenoemden "crypto-cèle" hebben de Heeren Kerst en Ritter, voor eenige jaren, een opmerkelijk voorbeeld in het Groot Rijks-Hospitaal alhier waargenomen.

5) Wendroth en Speijer hebben, voor Duitschland, dienaangaande gevallen van onwillige dienstpligtigen opgeteekend.

6) Hutchinson en Gavin maakten daarvan, voor Engeland, gewag. De laatste verhaalt zelfs, hoe in het militair Hospitaal te Dublin, een stelselmatig voorschrift daartoe eenen der dienstdoende Offic. v. Gez. was in handen gevallen.

7) Mogt in zoodanig geval worden opgegeven, dat vroeger de castratio aan die zijde was geschied, zoo lette men op, of daarvan een duidelijk likteeken is overgebleven.

8) Bijv. door suecus Euphorbiae, pulvis cantharidum en dergelijken. De Off. v. Gez. Gobée ontdekte eens in een dergelijk voorbeeld, met behulp van de loupe, dat de pop van een bracherium nog met ungt. cantharidum ad hoc bedeeld was! (Register v. v. z. n°. 85).

9) Bij deze methode van bedreiging heb ik mij eenige malen uitstekend wel bevonden. De vrees voor deze operatie is zeer algemeen.





Deze pagina is voor het laatst gewijzigd op: 28 March 2024.