Nationale Militie - Geneeskundig Onderzoek

Handleiding tot de leer van het Militair Geneeskundig Onderzoek

5°). ONDERZOEK VAN DEN BUIK.

§ 125. Onderzoek van den buik

Vóór en ter zijde van den man geplaatst, make men hier een aanvang met het bezigtigen van den uitwendigen vorm van den buik in zijn geheel. Terstond valt dan het al of niet bestaan van een te grooten omvang van den buik, de z. g. "hang-buik", in het oog. Deze is soms slechts het gevolg van lordosis en kan alsdan, in niet te hoogen graad, van mindere beteekenis zijn; dikwijls echter is hij afhankelijk van overtollige vet-vorming, en kan als zoodanig in die mate voorkomen, dat daardoor alleen bepaalde ongeschiktheid wordt veroorzaakt 1). Niet minder vereischt de somtijds, schoon bij volwassenen slechts zelden, bestaande dikke en harde buik onze aandacht, als in verband kunnende staan met scrophulosis, of met hypertrophie van lever en milt. Aan de huid van dit ligchaams-gedeelte lette men op sterke plooi- of rimpel-vorming, (bijv. na hydrops) en op likteekenen van bloedzuigers, bloedige koppen of Spaansche vliegen (waardoor de opmerkzaamheid moet worden gevestigd op vroeger doorgestane of nog aanwezige ziekten der buiks-ingewanden). Voorts onderzoeke men de navel-streek en den geheelen voorsten buik-wand, niet alleen ten opzigte van omphalorrhoea, urachus apertus, pseudo-cèle (z. g. vet-breuk) en andere afwijkingen, maar ook, of daar ter plaatse of elders op den buik, soms ware herniae bestaan, of zigtbaar kunnen worden gemaakt door de gewone "proeven" ad hoc (zie onderzoek van het bekken). Nu lette men op de verrigting der buik-spieren; op haren invloed op de bewegingen van den tronk, op hare medewerking bij de ademhaling, z. g. "buik-respiratie". De meeste waakzaamheid nogtans verdient, aan deze streek, de toestand der buiks-ingewanden zelven. In de gewone gevallen vergenoegt men zich in den regel met de naauwkeurige betasting van de lever- en milt-streek, alsmede met die van den blinden darm.

Bij twijfel (waarbij de inspectie van de tong natuurlijkerwijze nimmer moet worden verzuimd), kan intusschen een meer geregeld onderzoek van alle ingewanden in het bijzonder, niet alleen door palpatio en compressio, maar ook door de percussio, de succussio, de undulatio, de mensuratio zelfs door de auscultatio (bijv. bij calculosis vesicae felleae, bij abdominaal-aneurysmen), zijne toepassing vinden, ten einde men zich verzekere omtrent het al of niet bestaan van slepende ontsteking, verharding, vergrooting, ontaarding der buiks-organen, of van vocht-verzameling of luchtophooping in deze of in de buikvlies-holte. De meest geschikte ligchaams-houding van het individu bij de aanwending dezer diagnostica is de rug-ligging, met gebogen tronk en opgetrokken knieën. Bij de vaak voorkomende krampachtige zamentrekking der buikspieren, waardoor de palpatie hier zeer bemoeijelijkt kan worden, trachte men de gedachten van den man af te leiden, door met hem over andere zaken te spreken, en drukke dan onverwachts de bijeengevoegde vingertoppen der onderzoekende hand loodregt en op eens in de begeerde rigting en diepte. Daarbij vermijde men de bewerkstelliging daarvan met koude handen, dewijl zulks den gezegden kramp verhoogt. Wijders is het, tot het juiste gebruik van den plessimeter aan deze streek (waarbij men, hier met voordeel, gebruik kan maken van het z. g. "percussie-hamertje"), boven alles noodzakelijk, dat men de normale grenzen kenne en men zich de onderlinge verhouding der buiks-ingewanden duidelijk voor den geest stelle. Vooral onderscheide men die plaatsen, waar de tympanitische toon normaal wordt vernomen (maag en darmen) en de doffe of matte toon (der parenchymateuse ingewanden).

Onder de buik-ziekten, bij welke misleiding in het spel kan zijn, moeten hoofdzakelijk de volgende worden genoemd: tympanitis, hydrops, ruminatio en vomitus habitualis, haematemesis, gastralgia enteralgia 2), diarrhoea, dysenteria, morbi hepatis en helminthiasis.

Noten bij dit artikel

1) Voornamelijk in die gevallen, waar de hangbuik met algemeene vetzucht en zwaarlijvigheid gepaard gaat. In een voorbeeld van dien aard zag Wendroth, bij het visiteren, een vrijwilliger van 20 jaren, die 300 oude ponden woog! - Overigens geve men hierbij acht, of tevens bij het loopen dyspnoea bestaat, of de persoon teekenen draagt van buik-volbloedigheid, of de vetzucht in zijne familie erfelijk is, en zij men bedacht, dat dit gebrek alsdan dikwijls met de jaren, in den mannelijken leeftijd, toeneemt. In ligtere graden is de ongeschiktheid echter niet absoluut, daar de dikke buiken door het bedrijvige leven in de militaire dienst wel eens plegen af te nemen. Ook bij de Kavallerie, zegt men algemeen, is dit gebrek minder hinderlijk; evenwel moet het dan niet in hoogen graad bestaan, dewijl het soms moeijelijk is, om voor dergelijke, meestal tevens zeer zwaarlijvige ruiters, geschikte paarden te vinden, op den duur of bij lange marschen tegen hun gewigt bestand.

2) Over gastralgia en enteralgia, zie het artikel "neuralgiae", in het Aanhangsel.





Deze pagina is voor het laatst gewijzigd op: 28 March 2024.